• "There is no greater agony than bearing an untold story inside you."

    Maya Angelou, poet, memoirist, and civil rights activist

Moraalridders op een barrelrally

Willem Vos en zijn teamgenoten Sander van der Loos en Niek van der Ploeg

Nepstrand, afgeragde wagens en opgewonden mannen. Willem Vos zit achter het stuur van een gepensioneerde Volkswagenbus die door een trekker door het zand wordt gesleept. In november moet onze Carp-coureur zelf het mulle zand trotseren als hij meedoet aan de Amsterdam-Dakar Challenge. Voor de kick én voor het goede doel. ‘Deze rally moet zeker een half miljoen opleveren.’

We bevinden ons op de aftrap van de Amsterdam-Dakar Challenge in Blijburg aan Zee, maar zonder voorkennis waan je je op een autokerkhof. Het opgespoten strand ligt bezaaid met auto’s die zo op het oog al half zijn vergaan en zware benzinedampen verstikken de lucht. Vier mannen duwen een bejaarde BMW met alle kracht door het losse zand en iets verderop is een klassieke Mercedes-Benz jammerlijk gestrand. De bolide is al 35 en wordt liefkozend ‘Fred’ genoemd. ‘Het is geen zandridder’, lacht de 26-jarige Stan Korthagen, ‘maar degelijk is ‘ie wel.’ Stan maakt deel uit van het trio de ‘Bonte Vivanten’. Ze kennen elkaar van hun studie Bouwkunde in Delft. ‘We verwachten niet overal mul zand en we zijn nog met de auto bezig. Zo wordt hij van voren bijvoorbeeld iets hoger gemaakt’, legt hij uit en op fluistertoon voegt hij eraan toe dat ze vriendjes hebben gemaakt met teams die een 4WD hebben. Uiteindelijk wordt Fred door een Nissan Patrol uit het slop gesleurd.

Vriendjes maken is ook voor Willem Vos (26) en zijn teamgenoten Sander van der Loos (27) en Niek van der Ploeg (26) het doel van de Barreldag. Willem is advocaat, Sander is marketmaker en Niek financieel rechercheur. Het zijn geen automonteurs. ‘We loeren met name op techneuten met een 4WD’, lacht Willem. ‘Je hebt elkaar nodig, met name in de woestijn. Daar kun je sowieso beter in een konvooi met 5 á 6 auto’s doorheen.’ De organisatie schrijft voor dat een deelnemend voertuig niet meer mag kosten dan € 500. Hij mag dan nog wel voor zo’n € 150 worden opgeleukt. ‘Wij pimpen de bus voornamelijk door sponsoring in natura’, legt Willem uit. ‘Zo werden de nieuwe koplampen gesponsord en kregen we een gratis APK. Ook stuurde ik een lijst met benodigdheden naar de Landmacht. Vrij brutaal vroeg ik om dingen als sleepkabels, slaapzakken en opvouwbare scheppen. Twee dagen later werd ik teruggebeld door de ritmeester die alles voor ons had geregeld. We kunnen er zelfs de bussen tot de rally in onderhoud geven. Fantastisch toch?’

Naast de bus van Willem rijdt een tweede Volkswagenbus voor hetzelfde doel. De bestuurders Rogier van de Walle (30) en Pieter Schols (30) zijn goede vrienden van Willem en ‘toevallig’ techneut. ‘We zijn heel snel vriendjes geworden’, lacht Willem. ‘Nee hoor, we kennen elkaar echt al jaren.’ Rogier is production engineer en Pieter is sales engineer. Twee bussen bleek meteen al handig. ‘We hebben de eerste bus vlak voor de Barreldag in Den Haag laten bestickeren en op weg terug naar Amsterdam begon de motor te roken’, vertelt Willem. ‘De motor was oververhit en de koelslang was finaal gebroken. Met wat gaffeltape hebben we dat professorisch gerepareerd. Rijden lukte niet meer, dus heeft de andere bus ons naar Amsterdam gesleept.’

De deelnemende auto’s worden 7000 km van Amsterdam, na een rit van drie weken naar Lac Rose bij Dakar, in het Gambiaanse Banjul geveild. De opbrengst gaat naar lokale ontwikkelingsprojecten. Deze variëren van de bouw van een middelbare school tot de lokale productie van een medicijn tegen malaria. ‘In totaal steunen we 42 projecten’, vertelt initiatiefnemer Arthur Verheijen (37). Hij organiseerde twee jaar geleden voor het eerst de Amsterdam-Dakar Challenge. ‘In 2004 vertrokken we met 80 teams en brachten de auto’s ruim 100.000 euro op. In 2005 werden het 210 teams en was het eindsaldo zo’n 400.000 euro. De inschatting voor 2006 is dat de 280 teams zo’n € 500.000 bijeen schrapen, maar dat zou best weleens € 650.000 kunnen worden. De Nationale Commissie voor internationale samenwerking en Duurzame Ontwikkeling verdubbelt een deel van de gelden en de deelnemende teams zijn ook heel enthousiast sponsoren aan het werven.’

Willem Vos richtte speciaal voor de sponsorgelden de stichting Wheels for Africa op. ‘Je kunt natuurlijk niet van sponsors verwachten dat ze het geld op je privérekening storten. Dat wekt weinig vertrouwen. Het geld dat we inzamelen gaat naar de Stichting Humanitaire Hulp Gambia en het is in eerste instantie bedoeld voor het Bakadaji Health Center Project. Dit wordt een ziekenhuis voor 23.000 personen in en rond Bakadaji voor primaire medische zorg. Het is daar echt heel hard nodig. Er zijn daar mensen die 40 kilometer moeten rijden voor een ziekenpost en dan bedoel ik niet met een auto over een geasfalteerde weg. Ze moeten over stoffige wegen met een ezelkar, iets wat wij ons hier nauwelijks voor kunnen stellen. Uiteindelijk willen we hiervoor € 12.500 binnenhalen. Nu zitten we op zo’n € 3.500 dus we hebben nog een lange weg te gaan.’

Naast het team van Willem rijden ook andere teams voor de Stichting Humanitaire Hulp Gambia. Oprichter Arthur Aalst hoopt in totaal op € 50.000. ‘Vorig jaar kregen we al twee mooie landrovers van de Challenge. Twee teams waren toen onafhankelijk van elkaar bij ons terecht gekomen toen ze verder keken dan de lijst met deelnemende stichtingen. Dit jaar stonden we op de lijst.’ Arthur is al ruim 12 jaar actief voor Gambia. ‘Toen ik er op vakantie was, zo’n 13 jaar geleden, ben ik erg geschrokken. Het is bizar om te zien dat wat je weet van verhalen, zich daadwerkelijk voor je neus afspeelt. Heel veel zieke, armoedige, ondervoede kinderen die zich als bange wezentjes vastklampen aan blanken. Er heerste daar toen een sfeer van totale lethargie. Insjallah, denken ze, het is de wil van God. Insjallah me reet! We moeten onze schouders eronder zetten. Ik ben blij dat de challenge ons daarbij helpt.’

Toch klinkt er naast lof ook kritiek op de organisatie: veel te log en te laks in de te verschaffen informatie. Dat zou vooral komen door de snelle groei. ‘Je kunt niet alle 580 deelnemers tevreden stellen’, verweert Verheijen zich. ‘Sommigen willen precies weten waar ze links moeten en waar rechts, maar die aanwijzingen moet je van ons niet verwachten. Wij zijn geen Amsterdam-Beijing Rally waar je bij pech je auto inlevert om hem de volgende dag volledig gerepareerd voor je hotel weer terug te vinden. Als dat is wat je verwacht, moet je je inschrijven voor een puzzeltocht. Ook al zijn we de laatste twee jaar erg gegroeid, we blijven dat rebelse clubje met een vette knipoog naar de Paris-Dakar. Als je georganiseerd op reis wil, boek je bij Oad-reizen. Natuurlijk weten we veel meer dan we zeggen, maar als we ieder internetcafé en iedere waterplaats prijsgeven is het toch geen challenge meer?’

Avontuurlijk of niet, Willem Vos heeft in ieder geval ontzettend veel zin in de reis. De reislustige advocaat uit Amsterdam heeft de wereld al verschillende keren doorkruist; van Cambodja tot Brazilië en van Canada tot Zuid-Afrika. ‘Ik ben van oorsprong een boerenzoon uit Kockengen en boeren gaan niet op vakantie, die blijven bij hun dieren. Daarom wilde ik tijdens mijn studie zoveel mogelijk reizen. Ik wilde mijn horizon verbreden, mijn vleugels uitslaan. Dat hele werk met 25 vakantiedagen hing als het zwaard van Damocles boven mijn hoofd. Ik ben blij dat het achteraf meevalt. Mijn werkgever sponsorde zelfs de stichting door het kostenloos op te richten. Er moet nog heel wat gebeuren aan de bussen en we moeten nog heel wat geld binnen harken. Maar zodra je gaat rijden is het regelverhaal afgerond. Dan kan het grote avontuur beginnen. Het wordt een fantastische rit met 4 goede vriendjes die ik nooit ga vergeten.’

www.wheelsforafrica.nl
www.amsterdamdakar.nl
www.shhg.nl

 

 

 

 

Tags: artikelen